Dagopening
Ik had een droom vannacht.
Er stond een man in mijn kamer.
Hij keek me aan.

Hij stond daar maar, stil en onbewogen

maar bang was ik niet,
want ik las wie hij was in zijn ogen.


Ik werd
warm
van
stromend licht


toen hij lachte naar mij,

omdat hij zoveel,
                 alles,

met dat lachen zei.

Het was simpel, als het allerkleinste lied,

Hij zei:
Hou van elkaar,

iets anders is er niet.